Hey Cor,
Ik kom niet heel veel meer hier op het forum, maar even ter verduidelijking:
Het was geen download. Jeremy en ik hadden een paar jaar terug een paar threads geschreven met daarin uitleg verschillende onderwerpen voor de sim vliegers. Het was ooit eens een apart onderdeel op het forum.
Wel heb ik onderstaande uitleg kunnen vinden die ik ooit als reactie jaren terug had gepost. Hier voor PH_RVE een kopie
:
Ok, hier wat uitleg over de VOR en hoe je je ermee om moet gaan. Ik begin eerst met een kleine uitleg. Daarna komt het begrijpelijk uitlezen van de instrumenten met een stukje enroute-navigatie als afsluiter. Mochten er hierna nog onduidelijkheden zijn, dan hoor ik het graag.
De VOR
VOR staat voor VHF Omnidirectional Range. De VOR is zeg maar een voortborduursel op de NDB en helpt de piloot met het navigeren. Een VOR zend 2 signalen uit; een identificatie- (morse) en een navigatie-signaal. Tegenwoordig zie je ook vaak dat er een DME aan de VOR is gekoppeld zodat de piloot ook de afstand tot het baken kan uitlezen.
Radialen
In tegenstelling tot de NDB, waarmee je op ´bearing´ navigeert, navigeer je met de VOR op radialen. Een VOR heeft 360 radialen die rondom alle kanten opwijzen. Per radiaal heb je 2 mogelijkheden: ´inbound´ of ´outbound´, oftewel van of naar het baken toe. Op je vlieginstrumenten word dit ook wel aangegeven met ´TO´ en ´FROM´.
Afb.1) VOR met de radialen. Hier zie je een vliegtuig op radiaal 315 outbound vliegen.
Stel we nemen een VOR en we moeten radiaal 090 outbound vliegen. Op het bovenstaande plaatje zie we dat radiaal 090 op 90* rechts van het baken ligt. We moesten 090 outbound vliegen, wat dus inhoud het ´090-lijntje´ van de VOR af te volgen.
Laten we nu nog eens naar afb. 1 kijken. Stel je zit op radiaal 135 inbound (dus je vliegt richting de VOR). Wat gebeurd er als je rechtdoor blijft vliegen? Nadat je eenmaal over de VOR bent gevlogen, zul je wel begrijpen dat de VOR achter ons bevindt en we steeds verder van de VOR vandaan vliegen. Onze situatie van ´135 inbound´, is dus ineens veranderd in een ´outbound´ koers. Welke koers dat is kan je zie op afb.1: radiaal 315 outbound. Oftewel: Nadat je over het baken heen bent gevlogen veranderd je inbound (TO) naar outbound (FROM) en de radiaal met 180*.
Radiaal weergave op je CDI
Ik hoop dat mijn bovenstaande uitleg te volgen is en dat je nu een beter beeld hebt, van hoe zon VOR met zijn radialen in elkaar zit. Ik dit ´hoofdstukje´ zal ik je uitleggen hoe je het bovenstaande nu terug kan zien op je instrumenten. De Course Deviation Indicator (CDI) toont de relatieve positieve van het vliegtuig ten opzichte van de geselecteerde track. De naald geeft hierbij de track aan. Mocht je dus links van de geselecteerd track zitten, dan zal de naald naar rechts uitwijken. Een bekende zin die veel in de luchtvaart word gebruikt is dan ook;
"Follow the needle", oftewel:
"Volg de naald".
Afb.2) Een CDI met de mogelijkheid tot glijpad indicatie (witte horizontale lijn)
Als we naar de bovenstaande CDI kijken zien we een paar belangrijke onderdelen:
1)
2 Witte lijnen; horizontaal voor de glijpad en verticaal voor de laterale koers.
2)
OBS knop; met de Omnidirectional Bearing Selector (OBS) kan je de gewilde koers selecteren op de CDI.
3)
Course indicator; de gele driehoekjes boven en/of onder geven de geselecteerde koers aan. de geselecteerd koers staat altijd aan de
platte kant van het TO/FROM driehoekje.
4)
´Red flags´; de rode vlaggen worden getoond indien er geen signaal word ontvangen.
5)
FROM/TO indicator; gele driehoek rechts geeft aan of je een inbound of outbound koers hebt geselecteerd.
6)
´5 dots´; hier niet zichtbaar, maar onder de 2 witte lijnen bevinden zich witte stippen, 5 aan elke kant. Elke ´dot´ betekend 2* afwijking. ´Full deflection´ oftewel de naald helemaal opzij betekend dus 10 of meer graden afwijking met de geselecteerde koers.
Hieronder een paar situaties die je tijdens je vlucht kan tegenkomen:
Afb.3) Naald in het midden, driehoekje wijst naar TO. Vliegtuig zit dus op radiaal 165 en vliegt keurig richting de VOR.
Afb.4) Naald in het midden, driehoekje wijst naar FROM. Vliegtuig zit dus op radiaal 345 en vliegt van de VOR af.
Afb.5) Naald links en driekhoekje naar TO. Radiaal 165 naar de VOR is geselecteerd, maar het vliegtuig zit rechts van zijn koers. "Volg de naald", dus stuur naar links om de radiaal te onderscheppen.
Afb. 6) Rode vlag: geen ontvangst! Controleer de ingestelde frequentie en luister de morse-code uit (kan je die al wel ontvangen?).
Enroute navigatie:
Nu je hopelijk begrijpt hoe je de CDI moet uitlezen, zal ik laten zien hoe je hem gebruikt bij een simpel stukje ´enroute navigatie´. Hierbij vliegen we van VOR 1 naar VOR 2 via een airway die tussen beide VOR´s ligt. Het volgen van SID´s, STAR´s en ILS-en komt op hetzelfde neer, maar vergt iets meer aandacht en voorbereiding (lees: aandachtig de kaartjes lezen en vooruit plannen van wat je straks moet doen).
De route:
kaart:
link
Hier een mooie airway; de G452E. We vliegen momenteel boven punt TIGER en gaan via de G452E naar de DELHI (VOR). Het is een mooi voorbeeld, aangezien het een TO -> FROM én een VOR wijziging bevat
Het begin
We hebben in NAV1 de frequentie van MABOR(117.6 LUN) gezet en de morse die we horen gecontroleerd met wat er op de kaart staat. Onze koers is 086*, inbound radiaal 266. Het driehoekje wijst dus naar ´TO´, zodat we onderin de CDI de radiaal 266 selecteren. Nu is het dus van belang om niet meer aan de OBS te zitten en al vliegend de naald in het midden te houden.
Mocht er een wind van rechts (dus vanuit het zuiden) komen, dan zullen we hiervoor moeten corrigeren door iets tegen de wind op te sturen. Onze heading kan hierdoor 096* worden, terwijl onze track en koers 086* is (we hebben dan dus 10* opgestuurd als zijnde windcorrectie). Zouden we dit niet doen, dan zul je zien dat we langzaam naar links worden geblazen en dus van onze koers afwijken (koers & track zijn niet meer hetzelfde). De naald zal langzaam naar rechts gaan.
Overhead de VOR
Vanaf TIGER naar MABOR is 81nm, maar op den duur vliegen we toch over de VOR heen. Als je goed had gekeken, zag had je al gezien dat er ten hoogte van MABOR een kleine knik in de airway zit. We zullen hierop dus moeten anticiperen.
Zodra we vlakbij de VOR komen, kunnen we beginnen met de voorbereiding van het volgende stukje van de route: MABOR -> PEKIX. Op de kaart zien we dat we hiervoor de radiaal 083 outbound moeten volgen voor de komende 114nm. Zodra we over de VOR vliegen zal het driehoekje wisselen van ´TO´ naar ´FROM´. Op dit moment selecteren we radiaal 083 bovenin de CDI (aan de platte kant van het driekhoekje) door aan de OBS te draaien. Hierna sturen we ook het vliegtuig richting 083* en zorgen we ervoor dat we de naald weer netjes in het midden hebben staan (corrigeren door naar links/rechts te vliegen, niet door de OBS te draaien!!!). Met de naald eenmaal in het midden is het vasthoudne, evt. corrigeren voor de wind en rustig naar punt PEKIX vliegen.
Punt PEKIX
Bij de nadering van punt PEKIX is het tijd om onszelf weer voor te bereiden op de stappen die komen. Punt PEKIX is gedefinieerd door MABOR en DELHI, daar waar hun radialen (083 LUN en 280 DPN) elkaar kruisen. We zullen dus na dit punt moeten overschakelen naar de VOR DELHI (116.1 DPN) om onze weg te kunnen vervolgen.
Bij het naderen van 114 DME (en dus punt PEKIX), zullen we een rechterbocht inbound de DELHI VOR moeten maken. Zet de frequentie van DELHI (116.1) alvast in NAV1 onder standby en wacht met overschakelen totdat we bijna punt PEKIX hebben bereikt. Stuur bij 112-113 DME in naar rechts heading 280* schakel de frequentie van NAV1 over zodat 116.1 de actieve frequente wordt. Luister de morse uit ter identificatie (altijd controleren of we ook echt DPN ontvangen) en draai ondertussen radiaal 280 in de CDI met de OBS. Zodra alles weer is ingesteld en we de ontvangst van DELHI hebben geverifieerd, is het weer de kunst om de naald in het midden te houden voor de laatste 62nm richting DELHI.
´mooier´ navigeren
Het mooist is om bij zo´n overgang gebruik te maken van 2 CDI´s (NAV1 en NAV2). Je kan dan namelijk in NAV2 alvast radiaal 280 van DELHI zetten, zodat je bij het kruisen van PEKIX direct door kan navigeren a.d.h.v. NAV2. Zodra je dan dichter bij PEKIX komt, zal de naald van NAV2 (DELHI) meer en meer naar het midden komen. Zodra deze nog 1 ´dot´ heeft te gaan, kan je beginnen met het insturen naar rechts door zo de radiaal 280 van DELHI te onderscheppen. Eenmaal gestabiliseerd op radiaal 280 inbound DELHI kan je dan rustig ook je NAV1 overzetten, zonder tijdelijk zonder navigatie te zitten. Dit geld trouwens ook bij het overgaan van een inbound koers naar een outbound koers zoals we bij MABOR hebben gezien.
Nog een paar puntjes
- Recht boven een VOR zit de zogenaamde ´Cone of Silence´. Dit is een gebied waar je de VOR (of NDB) niet kan ontvangen. Zodra je over een baken heen vliegt zal je dus zien dat je tijdelijk geen bereik hebt.
- Hoe dichter je bij de VOR komt, hoe gevoeliger de naald zal reageren. Het verschil tussen radiaal 280 en 290 word immers steeds kleiner.
- De afstand die gemeten wordt met de DME is de zogeheten ´Slant-range´ (zie afb.7). Dit is de afstand hemelsbreed tussen het vliegtuig en het baken. Op grote afstanden is de foutmarge klein, maar hoe dichterbij je bij het baken komt, hoe groter de foutmarge wordt. Zodra je recht boven het baken vliegt is de afstand die de DME aangeeft gelijk aan je hoogte boven het baken.
Afb. 7) Slant-range[1] vs ´echte´ afstand[3]
Ik hoop dat mijn verhaal je een beter beeld geeft over de VOR, radialen en het gebruik van de CDI. Mochten er nog onduidelijkheden zijn, dan hoor ik het wel. succes!